Blog 11: Vrouwen kunnen bouwen
De krapte op de arbeidsmarkt is een van de grootste uitdagingen van dit moment. De bouw heeft de op een na hoogste vacaturegraad van alle bedrijfstakken. De bouw is een mannenbolwerk. Meer vrouwen in de bouw zal niet alleen de vacaturedruk verlichten, het heeft ook bijkomende voordelen. Volgens Ellen Masselink, directeur BAM Business Developers zijn vrouwen ‘het cement tussen de stenen’, lees hier het artikel. Vrouwen zijn volgens haar beter in mensen te verbinden en tegenstellingen bespreekbaar te maken en die te integreren in een vervolgstap. Samen met Tineke Vellekoop, operationeel manager bij WTH en Lotte van Houwelingen, algemeen directeur van BM van Houwelingen, is zij van mening dat deze soft skills hard nodig zijn in de bouw en steeds belangrijker worden.
Luisteren en verbinden
Deze ‘zachte vaardigheden’ zijn nodig omdat de bouw verandert naar een klantgerichte in plaats van een productgerichte bedrijfstak. De relatie opdrachtgever-aannemer verandert in een samenwerkingsrelatie. In de hele samenleving neemt het belang van de eindgebruiker toe die daarmee de eisen stelt waaraan een product of dienst moet voldoen. Vaardigheden als luisteren, verbinden en bespreken van de pijnpunten zijn nu meer nodig dan vroeger.
Bovendien draait het niet meer om kennis alleen, want met de komst van het internet is kennis veel gemakkelijker toegankelijk voor een grote groep mensen. Consumenten zijn ook kritischer dan voorheen. Dat maakt dat zij een serieuze gesprekspartner zijn voor de producent. Die zal in de vrije markt rekening moeten houden met de eisen van de consument. Kennis staat niet altijd meer gelijk aan macht. Je bent succesvol als je de beschikbare kennis weet te delen. Dit vereist een hele andere manier van werken. Volgens de drie ‘bouwvrouwen’ zijn vrouwen hier goed in.
Arbeidsdeelname vrouwen blijft achter
Vrouwen zijn ook beter dan voorheen in de positie om deze kennisdeling naar zich toe te trekken. Steeds meer vrouwen zijn hoger opgeleid en in de meeste studies zijn vrouwen in de meerderheid. Bovendien studeren zij vaak sneller af. Alleen de technische studies worden nog gedomineerd door mannen. Maar niets staat vrouwen meer in de weg om een carrière in de bouw te beginnen. In sommige beroepen zoals de kopersbegeleider zijn vrouwen al jaren in de meerderheid, maar met de technische functies wil het nog niet vlotten.
En nog niet alle vrouwen betreden de arbeidsmarkt. Hier valt zeker winst te halen. Een blik op de kerncijfers Arbeidsdeelname van Statline zegt genoeg. In 2008 bedroeg de netto arbeidsparticipatie van mannen 75%, dit is het percentage van de mannelijke beroepsbevolking dat werk heeft. Bij vrouwen was dat 61%. Tien jaar later was onder de mannen de netto participatie gedaald naar 73%. Bij vrouwen was een lichte stijging waar te nemen naar 63%. Dat betekent dat van de vrouwen 10% meer dan bij mannen aan de kant staan in 2018. Bovendien lijkt een toename van maar 2% in betaald werk over tien erop te wijzen dat vrouwen niet erg te porren zijn voor arbeidsdeelname.
Springplank naar toppositie
Gedurende de jaren 2008-2018 werken de mannen rond de 25% in deeltijd en 75% in voltijd. In 2008 werkte 22% in deeltijd en in 2018 was dit 27%. Mannen zijn dus meer in deeltijd gaan werken, mogelijk door de herverdeling van zorgtaken thuis. In dezelfde periode is de verhouding deeltijd-voltijd bij de vrouwen precies andersom: 74% werkt in deeltijd en 26% in voltijd. Wat verder op valt is dat er geen enkele toename zit naar meer voltijd, want deze verhouding is in 2018 exact hetzelfde als in 2008. Er is alleen binnen het deeltijdwerk een verschuiving van minder dan 20 uur werk naar 20 tot 35 uur werk per week. Maar ook dit is in tien jaar niet erg veel, namelijk 6%.
Het lijkt een paradox, want terwijl er meer behoefte is aan arbeidskrachten zijn wij met zijn allen minder gaan werken. Mannen zijn minder uren gaan werken en vrouwen zijn precies evenveel blijven werken. De vrouwen kunnen de grootste bijdrage leveren door meer hun deelname op de arbeidsmarkt te vergroten en door vaker in voltijd te gaan werken. Het opleidingsniveau onder mannen en vrouwen wordt steeds meer gelijk getrokken en de vraag naar vrouwelijke managers en bestuursleden groeit. De voorwaarden voor en de behoefte naar een grotere betrokkenheid van vrouwen op de arbeidsmarkt is er. Wat nu vrouwen een carrière naar de top in de weg zit, is hun geringe arbeidsdeelname. Kort gezegd: een deeltijdbaan is geen goede springplank naar een toppositie.
Vrouwen zijn hard nodig
‘Toen Marjet Rutten, marketeer en innovator, in 2012 ter afsluiting van het project ‘Vrouwen in de Bouw’ het boek ‘Vrouwen kunnen niet bouwen’ schreef, vond ze een boek over vrouwen in de bouw eigenlijk ‘sociaal wenselijk geouwehoer’. Bij het schrijven kwam ze echter toen al tot de conclusie dat ondernemers met vrouwen geld kunnen verdienen omdat zij hard nodig zijn in de transitie van product- naar klantgerichte bedrijfstak. Bovendien weerlegt zij een aantal vooroordelen over vrouwen die een belemmering zouden zijn bij het werken in de bouw. Zij doet dit op een buitengewoon luchtige en humoristische manier maar wel met een serieuze ondertoon.
Anna de Boer, Specialist marktonderzoek