Contact met arbeidsmiddelen
Arbeidsmiddelen zijn alle machines, apparaten, gereedschappen en installaties die tijdens het werk gebruikt worden. Deze arbeidsmiddelen moeten in goede staat zijn én op de goede manier gebruikt worden. Het is een verplichting van de werkgever en werknemer om de voorschriften van arbeidsmiddelen goed na te leven. Ook is goed onderhoud noodzakelijk voor de veiligheid van werknemers die ermee werken.
Werken met arbeidsmiddelen brengt risico's met zich mee. Deze risico's zijn groter tijdens het onderhoud en bij storingen. De belangrijkste risico's zijn:
- Wegschietende deeltjes door snijden, slijpen of zagen.
- Beknellen en verwonden van lichaamsdelen door draaiende of bewegende delen van het arbeidsmiddel.
- Snijwonden door scherpe messen, beitels of materialen.
Een incident met een arbeidsmiddel blijft vaak niet zonder gevolgen. Voorbeelden van gevolgen zijn:
- Snijverwondingen door scherpe messen, beitels of materialen.
- Wegvliegende deeltjes in ogen en onbedekt lichaam door snijden, slijpen, hakken of zagen.
- Terugslag van te bewerken materiaal (bij draaiende zaag of draaiende beitel).
- Gegrepen kledingstukken of lichaamsdelen (handen en haren) door draaiende of bewegende delen.
- Letsel door hoge druk (hydrauliek of lucht).
- Kans op verlies van evenwicht of vallen op (scherpe) bewegende delen.
- Knelgevaar door bewegende delen.
- Kans op elektrocutie.
- Letsel door hoge druk (hydrauliek of lucht).
In het Arbobesluit staat dat arbeidsmiddelen bij gebruik in veilige staat moeten zijn en periodiek gekeurd. Er wordt echter niet gezegd hoe vaak. Een veilige ondergrens om aan te houden is om alle arbeidsmiddelen minstens eens per jaar te keuren. Wordt een middel minder dan 1 keer per jaar gebruikt, dan is inspectie voor gebruik aan te raden.
Aan de wettelijke verplichting van inspectie kan alleen worden voldaan als een arbeidsmiddel bij aanschaf voldoet aan wettelijke (arbo)normen en eisen.
Het merken van goedgekeurde arbeidsmiddelen is NIET verplicht. Wel zorgt het direct voor duidelijkheid of een arbeidsmiddel is beoordeeld en wordt onderhouden. De volgende dingen zijn handig om op de sticker aan te geven:
- Wie heeft het arbeidsmiddel gekeurd?
- Wanneer is het arbeidsmiddel gekeurd?
- Wanneer moet het arbeidsmiddel weer gekeurd worden?
- Het unieke artikelnummer (corresponderend met de gebruiksaanwijzing en het onderhoudsboek en de manual).
